Commerciële datacenters moeten de warmte die ze produceren vaker gebruiken voor de verwarming van gebouwen. Het is een van de weinige manieren waarop ze de eigen CO2-footprint substantieel kunnen verlagen. Ook dedicated serverruimtes zullen aan de slag moeten met restwarmte. ITchannelPRO sprak hierover met CEO Dan Arfvelin van TTM en Erik Monninkhof van TTM Benelux.
Het Zweedse bedrijf, dat in Nederland wordt vertegenwoordigt door TTM Benelux, heeft ruim 50 jaar ervaring met alle mogelijke vraagstukken rond verwarming. Op de thuismarkt heeft het al sinds de jaren 90 van de vorige eeuw ervaring met het hergebruiken van restwarmte voor het verwarmen van kantoren en woonblokken. Met die ervaring en een indrukwekkend trackrecord mengt het zich nu in de Nederlandse discussies over het gebruik van de restwarmte van met name datacenters.
Herkenbare vraagstukken
CEO Dan Arfvelin: “We herkennen veel van de vraagstukken die hier aan de orde zijn van onze thuismarkt. We zien ook dat het ontgassen van de gesloten vloeistofkoelingsystemen voor serverracks nog niet overal voldoende aandacht krijgt. Daarom zijn we blij dat we met Erik Monninkhof een vestiging starten voor de Benelux. Dit is een belangrijke markt voor ons, en het vraagstuk van restwarmte verdient ook alle aandacht. Dat kan het beste door lokale experts, zoals Erik.”
De meeste restwarmte wordt geproduceerd door de hardware in de serverracks. Die warmte moet worden afgevoerd en de hardware heeft permanente koeling nodig. Op dit moment vindt de meeste koeling nog plaats door het verplaatsen van lucht. De verwachting is dat vloeistofkoeling steeds belangrijker wordt.
Voor het koelen met vloeistof bestaan meerdere oplossingen. Ze hebben gemeen dat ze een hogere temperatuur aan restwarmte kunnen opleveren. Daarmee is deze vorm van koeling veel interessanter voor het hergebruiken van restwarmte van gebouwen en het overbruggen van grotere afstanden tussen bron en doel.
Er is echter een probleem bij het inzetten van vloeistof voor het koelen van hardware: de aanwezigheid van gassen en zuurstof. Beiden zijn nadelig voor de werking van het koelsysteem. Lagere efficiency en hogere kans op voortijdige slijtage zijn onvermijdelijk. In het ergste geval kan lekkage optreden door corrosie.
Oplossingen van TTM
TTM heeft ontgassers, magnetiefilters, equilizervaten en expansievaten. Alle producten worden in Zweden geproduceerd. Voor datacenters en serverruimtes die gebruik maken van gesloten vloeistofkoeling zijn de ontgassers het belangrijkst. De installatie hiervan is kinderlijk eenvoudig. De units zijn namelijk plug & play. Het systeem zelf neemt ook weinig ruimte in beslag en is geschikt voor zowel grotere als kleinere installaties.
De ontgasser wordt aangesloten op het gesloten vloeistofsysteem en doet direct zijn werk: het ontgassen en reinigen van de vloeistof. Het stroomverbruik van de ontgasser is zeer laag. “Afhankelijk van het gekozen model ligt het stroomverbruik tussen de 35 en 50 Kwh op jaarbasis,” zegt Erik. “Dat zijn dus minimale kosten als je ziet wat je daarvoor terugkrijgt.”
Meerwaarde
De ontgassers van TTM zorgen voor lagere bedrijfskosten. Zo voorkomen ze de vorming van corrosie in het systeem, zorgen voor hogere efficiency van het vloeistofkoelsysteem, zorgen voor een stabiele werking van het systeem en verlengen de levensduur van de hardware door de gelijkmatigere koeling.
De technische levensduur van de ontgassers van TTM is tien jaar. Nog los van de genoemde lagere bedrijfskosten is er ook een verminderd energieverbruik. TTM hanteert een conservatieve calculatie en komt uit op vijf procent lager energieverbruik voor een systeem met een ontgasser. De geringe investering is daarom eenvoudig terug te verdienen.
Partners en overleg
TTM Benelux levert alle oplossingen via partners. Omdat het terugwinnen en doorleveren van restwarmte in Nederland redelijk nieuw is, investeert men veel in overleg met de partners en hun eindklanten. De markt voor datacenters en serverruimtes krijgt hier extra aandacht. Het is een grote markt die de overstap naar het gebruik van restwarmte nog moet maken. “De afstand tussen Zweden en Nederland is een voordeel. Wij kunnen snel inspelen op vragen. Tijdsverschil is er niet. Het is ook praktisch dat we heel snel kunnen leveren”, aldus Dan.
Twee vliegen in een klap
Erik: “Eigenlijk is dit een heel makkelijk en logisch product. Proven technology die we nu op het netvlies van de exploitanten van datacenters en serverruimtes moeten krijgen. We kunnen ze helpen nog meer rendement te behalen op de doorlevering van restwarmte. Tegelijk zorgen we dat de core business robuuster wordt, omdat ontgassing zorgt voor een beter, stabieler gekoeld systeem. Twee vliegen in een klap dus.”
(Dit artikel verscheen eerder in ITchannelPRO magazine nummer 5)